Laatst gewijzigd op: 25-07-2024 om 11:42 uur
Hepatitis C
Hoe krijg je hepatitis C?
Hepatitis C kun je krijgen via contact met besmet bloed. Sinds 1992 controleren bloedbanken het bloed en bloedproducten op het hepatitis C-virus. Besmetting via bloedtransfusie komt in Nederland niet meer voor. Hepatitis C komt veel voor onder drugsgebruikers die injectienaalden delen. Een moeder kan hepatitis C ook doorgeven aan haar baby tijdens de geboorte. De kans hierop is kleiner dan 10%.
Wat zijn de klachten bij hepatitis C?
Als je besmet bent met het hepatitis C-virus heb je meestal in het begin geen klachten. Klachten kunnen zijn:
- Misselijkheid en braken
- Moeheid
- Grieperig gevoel
- Weinig zin in eten
- Pijn rechtsboven in de buik
- Geelzucht waarbij de huid en het oogwit geel worden, de urine zo donker is als cola en de ontlasting zo licht als stopverf
In 80% van de gevallen wordt hepatitis C chronisch, dit betekent dat de infectie langer dan zes maanden blijft bestaan. Dit kan uiteindelijk de lever ernstig beschadigen en leiden tot levercirrose (verlittekening) en/of leverkanker.
Hoe kun je hepatitis C voorkomen?
Er bestaat geen vaccinatie tegen hepatitis C. Je kunt het volgende doen om hepatitis te voorkomen:- Wees voorzichtig met bloed van een ander. Zorg dat het niet in een wondje of je oog, mond of neus komt. En deel geen scheermesjes, nagelschaartjes of tandenborstels.
- Gebruik geen injectienaald die door anderen is gebruikt.
- Laat een tatoeage of piercing alleen met steriele naalden zetten.
Ook belangrijk om te weten:
- Een kleine hoeveelheid besmet bloed in een wondje is al voldoende om een infectie te veroorzaken.
- Je kunt het virus niet krijgen door gewoon contact zoals iemand een hand geven, knuffelen of een zoen geven.
- Je kunt het virus niet krijgen door het samen gebruiken van servies of bestek, of gebruik van hetzelfde toilet.
Meer weten over hepatitis C? Kijk op de website van het RIVM >
Wat doet de GGD?Als een arts of een laboratorium bij iemand hepatitis C vaststelt, zijn zij verplicht om dat te melden bij de GGD. De GGD spoort de bron van de infectie op. Ook zoekt de GGD uit of de mensen met wie de patiënt contact heeft gehad risico lopen om ook besmet te zijn met hepatitis C. Daarna neemt de GGD maatregelen om deze contacten te beschermen om zo verdere verspreiding van hepatitis te voorkomen. |